Verwarm de oven voor op 200 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier.
Boen de aardappelen goed schoon, schillen hoeft niet. Snij in dunne plakjes van 0,5 cm. Zet ze net onder water in een pot met een snufje zout en kook beetgaar in 5 minuten.
Snij de zalm in 4 gelijke stukken en kruid met zout en zwarte peper. Leg de zalm op de bakplaat. Leg de aardappelschijfjes dakpansgewijs op de zalm. Verwarm 40 g vloeibare margarine en bestrijk hiermee de aardappelschijfjes en de zalm. Hak de dille fijn. Breng de zalm en de aardappelen op smaak met de helft van de dille, zout en zwarte peper. Zet zo’n 20 à 25 minuten in de voorverwarmde oven.
Boen de pastinaak en de wortelen goed schoon. Snij in fijne reepjes van 1 cm breed. Smelt 2 kl olie in een pan. Bak de reepjes wortel en pastinaak zo’n 5 à 6 minuten. Roer regelmatig en breng op smaak met zout en zwarte peper. Houd warm.
Pel de sjalot en snipper fijn. Verhit 2 el vloeibare margarine in een pan. Fruit de sjalot zo’n 2 minuten. Bestrooi met de bloem en laat lichtjes bruineren op een laag vuur. Giet er de witte wijn, room en
200 ml water bij en laat al roerend zo’n 5 minuten zachtjes koken op een middelhoog vuur. Verkruimel het visbouillonblokje over de saus en breng op smaak met zout en zwarte peper.
Verdeel de stukken zalm met het aardappeldakje over de borden en serveer er de wortel en de pastinaak bij. Strooi er de rest van dille over en serveer met de saus. Smakelijk.